Oogst van de wijzen

Oogst van de wijzen

Op het land wonen wijze mensen die precies weten wanneer ze moeten zaaien voordat ze kunnen oogsten. Ze kiezen een goede plek uit, waar ze de aarde netjes maken door onkruid, takken, stenen en gras weg te halen. Daarna zaaien ze voorzichtig de zaden.

Dan begint het wachten, geduldig en vol verwachting, terwijl ze de gewassen goed verzorgen met aarde, water, vuur en lucht. Ze zijn blij en dankbaar voor de groei en bloei. Ze leren ook van de planten en hoe ze voor ze moeten zorgen.

 

Soms kunnen er hagel, stormen of onweersbuien komen, en dat is iets waar ze niets aan kunnen doen. Ze accepteren gewoon wat er komt, want ze weten dat alle seizoenen belangrijk zijn. Ze zijn slim en planten altijd meer dan één zaadje. Als iets niet goed groeit, worden ze niet verdrietig. Ze kijken gewoon goed en leren ervan.

De wijzen delen hun oogst met anderen en ze zorgen er goed voor. Ze eten van de gewassen en geven er ook weg. Ze zijn blij en dankbaar voor alles wat ze hebben. Op deze manier blijft alles groeien en bloeien.

Net zoals de planten langzaam groeien, worden de wijzen ook ouder. Ze weten dat alles in het leven verandert, maar ze zijn niet bang voor die veranderingen. Ze zijn dankbaar voor wat ze hebben geleerd terwijl ze ouder worden.

Als het tijd is om het stokje door te geven aan anderen, doen ze dat graag. De cyclus begint dan opnieuw. Of de wijzen er nu wel of niet zijn, ze zijn dankbaar voor de speciale plek waar ze wonen.